Op 25 september 2015 stuurt de heer S., een betrokken burger, een brief aan het college.
S. is op een fraudegeval gestuit dat zeer nadelig uitpakt voor een openbaar parkje achter zijn huis. (Zie zaak Tuin van Jonker). Hij wil verhaal halen bij de gemeente. Elke eerdere poging daartoe is gestrand in procedurele obstructie (We wachten x. af. Y wil ook niet er naar kijken. Etc.)
Hoe hij zijn meldingen en vragen ook onderbouwt met verwijzingen naar feiten, de gemeente gaat inhoudelijk niet op de zaak in.
Hij stelt daarom het college nu gewoon een aantal vragen.Sommige zijn vragen in de zin van een WOB-verzoek (ca. 24), een aantal betreft klachten (ca. 5), en weer anderen kunnen opgevat worden als meldingen van mogelijke integriteitsschendingen (ca. 10).
De brief wordt -ondanks het duidelijke beroep op de WOB- initieel door de gemeente geclassificeerd als informatieverzoek. Omdat het bestuursrecht geen verplichting kent om informatieverzoeken te beantwoorden, redeneert de gemeente, hoeft ze geen antwoord te geven. Dat doet ze dan ook niet, zegt het College van B&W. De reden van deze onwelwillendheid? Ze heeft in het verleden namelijk al voldoende de heer S. procedureel geobstrueerd bij diverse procedures… En derhalve pretendeert ze nu net dat de toen geleverde procedurele weigeringen, inhoudelijke beantwoordingen betroffen van de klachten.
Via de bestuursrechter dwingt de heer S. zelf de beantwoording van de WOB-vragen af.
De raad benadert S. om de overige vragen beantwoord te krijgen. Na de agendering bij de raadsstukken neemt de gemeentelijke staf onder gemeente secretaris Jan Scholten het voortouw om manieren te verzinnen om ook dit keer de klachten toch te ontwijken. Ditmaal volgt zelfs een kleine lastercampagne om S. te diskwalificeren. Ambtenaar Kees Roos, nota bene Teammanager Kwaliteit!, stelt -zoals later zou blijken- twee memo’s op vol valse interpretaties en pertinente onwaarheden; de ene gaat richting burgemeester en andere naar de raad.
Toch… na scherpe vragen vanuit de raad, zegt burgemeester schoorvoetend toe dan toch maar wel een keer tot beantwoording van klachten en de integriteitsmeldingen over te gaan. Zelfs een gesprek met S. werd toegezegd. Verheugend!
De heer S. wacht op een uitnodiging voor een gesprek opdat hij toelichting kan geven en bewijsstukken kan laten zien. Maar er gebeurt niets! (Tja, hij doet er zelf nog een poging toe bij wethouder Van Spijk, maar die duikt schichtig weg en verwijst naar de burgemeester).
Hè, hoe kan dat? Het leek er even op dat de Gemeente de klachten en meldingen van een betrokken burger, nu eindelijk een keer serieus nam!
Maar nee.. Er werden nieuwe uitwegen gezocht en gevonden:
De geuite klachten? Het was niet bekend dat er klachten open stonden; alles dat de gemeente niet zelf had afgesloten, was al afgehandeld. Burger: Ik wil een klacht indienen. Gemeente: Oh, ja, ok, wacht even…Even kijken…Nee, hoor, dat kan niet, er staan geen klachten van u open!
De integriteitsmeldingen waren door medewerkers van het Meldpunt Integriteit beoordeeld en zouden zogenaamd niet “onderzoekswaardig” zijn. Hè, waarom niet?
Waarom werd niet even gesproken met de indiener?
Oh, ja, het was geen “officiële melding” want hij slechts gericht aan het college van B&W. De melding was dus niet officieel in behandeling genomen want aan het verkeerde email-adres verzonden?
Dat is raar. Integriteitsmeldingen zijn een serieuze zaak. En de medewerkers van het meldpunt zijn toch gerenommeerde, kritische en onafhankelijke professionals? De leveren toch geen prutswerk? Volgens hun eigen kaders zijn dit de criteria om een melding in behandeling te nemen.
De medewerkers doen overigens daarna normaliter wel degelijk een intake met de melder, koppelen een verslag terug naar de melder en brengen dan advies uit naar de gemeentesecretaris…(Zelf onderzoeken ze trouwens niets, dat moet daarna iemand anders doen)
(Zie de integriteitswijzer, echt een heel goed stuk, helemaal als het ook nog eens door ambtenaren wordt gelezen.)
Oh, wacht even, de leden van het meldpunt rapporteren dus aan de gemeente secretaris… was dat niet dezelfde persoon die de lastercampagne leidde..?
De heer S. laat het er niet bij zitten.
Hoe is de beoordeling dan tot stand gekomen? Was het nu wel of geen intake? Van waar de beoordeling “niet onderzoekswaardig” als het geen officiële melding betrof? Dat zou toch pas na de intake beoordeeld moeten en kunnen worden? En waarom bij de raadsstukken valse informatie?
S. stuurt een nieuw WOB-verzoek in en concludeert eind augustus 2016!, na helaas wederom de gebruikelijk en onnodige bezwaarprocedure, drie zaken:
1. De heer gemeentelijke staf heeft kennelijk er geen enkel probleem mee om de burgemeester en raad vals en onjuist te informeren.
Zo wordt om één van de talrijke trieste voorbeelden te noemen, het opstellen van een valse verklaring van verjaring, “ten onrechte grond uitgeven” genoemd. En na meer dan een jaar er hier niet tegen willen optreden, heet het gratis nog meer gemeentegrond weggeven “weer teruggedraaid”
Citaat: Bjiv: waarbij een stukje grond … eerst door de gemeente ten onrechte is uitgegeven … waarna deze omissie na klachten … en na tussenkomst van de stadsadvocaat weer is teruggedraaid.
2. Het oordeel dat de integriteitsmeldingen niet “onderzoekswaardig” zouden zijn, is gebaseerd op de ongefundeerde aanname(!) dat ze niet te onderbouwen of onderzoeken zouden zijn.
3. Er ofschoon er intensief email-verkeer is geweest tussen de ambtelijke staf en de leden van het meldpunt Integriteit, is in dezen -wederom- geen enkel feitelijk materiaal geraadpleegd, als men de persoonlijke meningen van de ambtenaren over de zaak weghaalt, blijft er NIETS over.:
Aan het verzoek van bezwaarde om de stukken openbaar te maken met doorhaling van de persoonlijke beleidsopvattingen kan dus niet worden voldaan.
Maar volgens het college van B&W is er niets aan de hand.
Als dhr. S. van mening is dat er integriteitsschendingen zouden hebben plaatsgevonden, dan kan hij toch een melding maken bij het meldpunt?
Zou u er nog zin in hebben?
Wordt vervolgd!